Werner is een hoogsensitieve man, die regelmatig dominante mensen aantrekt in zijn omgeving. Hij begon zijn psychotherapeutisch proces hier n.a.v. een leidinggevende waarmee hij in conflict ging. We gingen dieper kijken en zagen hoe hij gans zijn jeugd niet echt gezien werd door zijn ouders. Ook lieten zijn ouders zijn oudere broer dominant zijn tov hem. Zijn broer bepaalde sommige dingen in het leven van Werner en zijn ouders gaven geen grenzen aan.
Zijn relatie met deze broer is ook nu nog stroef, hij voelt zich nooit helemaal op zijn gemak bij hem. In hun jeugd werd hij naar beneden gehaald door zijn broer en vond het aanvankelijk erg moeilijk om hem te begrenzen hierin. Zelfs als volwassene ging Werner ging steeds opnieuw in de kwetsbaarheid tov zijn broer, waardoor hij steeds opnieuw naar beneden gehaald werd. In zijn psychotherapeutisch proces leerde hij zien vanwaar zijn patroon kwam en leerde dit te keren. Hij leerde meer afstand nemen tov zijn broer, vooral emotioneel en leerde zich beschermen en ook begrenzen tov de broer.
Het kon beginnen doordat de ouders de fout maakten hun oudste zoon onvoldoende te begrenzen. Als leider (en als ouder dien je de leiding te nemen natuurlijk), is het jouw taak te bewaken dat elk lid van de groep de kans krijgt om zijn of haar plek in te nemen en om zijn ruimte in te nemen. Dit betekent dat je dominantie van een lid tov een ander groepslid niet toelaat. Hierbij is tijdig ingrijpen cruciaal.
Ook bij leidinggevenden die ik coach in hun rol, zie ik vaak hoe zij het groepsproces onvoldoende sturen en begrenzen. Medewerkers verantwoordelijk maken voor het groepsproces kan alleen als zij voldoende inzicht hebben in een gezond verloop van een proces. In de praktijk betekent dit dat het eerder uitzonderlijk is. Zoniet creeër je een wildernis waar het recht van de sterkste geldig is. En de sterkste is niet persé een goede leider.
Welke zijn o.a. situaties waarbij je dient in te grijpen om te begrenzen tov het groepsproces:
- Een medewerker is dominant tov een andere, bijvoorbeeld hij geeft bevelen aan de ander,
- Iemand loopt er de kantjes vanaf, laat zijn /haar werk liggen voor de anderen,
- Medewerkers zijn niet collegiaal : ze geven info niet door, komen niet op tijd aan, zodat de collega’s werk moeten overnemen, …
- Een medewerker is niet respectvol tov iemand anders,
- Iemand krijgt zijn/haar plek niet in de groep.
Dit zijn een paar voorbeelden waar je als leidinggevende dient in te grijpen. Jouw ingreep zal uiteraard afhangen van vele verschillende aspecten : o.a. hoelang duurt deze situatie al, hoe is deze gegroeid, ..
Veelal is een gesprek met deze medewerker een eerste stap. Heb je geen idee hoe dit aan te pakken? Geef je dan op voor het traject Doelgericht coachen, dat start nog voor de zomer.